“Wat moeten we nu eigenlijk in het voorjaar doen?”, was een vraag die we van enkele straatbewoners kregen die afgelopen jaar een plantvak adopteerden. “Welk onderhoud is nodig?” We zetten het graag op een rijtje.
De buurtbomengidsen van de Buurtbomen Kansenkaart zijn voorstanders van het in de winter laten staan van uitgebloeide stengels. Ook adviseren zij om afgevallen blad in het plantvak te laten liggen, of zelf toe te voegen. Dat zorgt ervoor dat de planten in de winter beschermd zijn tegen kou, maar ook dat insecten, vogels en kleine zoogdieren in de wintermaanden voedsel kunnen vinden of zich kunnen verstoppen.
Als gevolg daarvan lijkt je plantvak in het voorjaar maar een dorre boel. Vaste planten overleven de winter, maar trekken zich wel terug in de grond. Zodra ze weer gaan uitschieten en je de eerste groene blaadjes ziet, kun je de uitgebloeide takken laag bij de grond wegknippen. Het snoeien van struiken en klimmers gaat anders. Vlinderstruiken knip je bijvoorbeeld terug tot zo’n 30 cm boven de grond. Weet je nog wat je geplant hebt, dan kun je altijd op het internet opzoeken hoe je zo’n struik of klimmer moet snoeien.
Omdat de grond in de plantvakken erg arm is, adviseren we: laat het blad lekker liggen en knip de uitgebloeide stengels tot kleine stukjes, die je ook in het perk laat vallen. Ook in de lente en zomer voorkomt dat het uitdrogen van de grond en stimuleert het het bodemleven. De eerste jaren vinden wij het verstandig om in het voorjaar een laagje compost of bladaarde te strooien. Niet meer dan 5 cm, anders verstik je de planten. De laag slinkt vanzelf doordat bijvoorbeeld regenwormen de boel verteren. Ook vogels nemen af en toe wat mee en natuurlijk waait er wat weg.
Vele succes! En twijfel je: vraag het na bij de buurtbomengids die jou en je buren geholpen hebben met het aanvragen van je plantvak(ken).
